Home

In deze sombere, rare tijd sluit Ton Schimmelpennink zijn winkel: op 1 mei 2020. Ton Schimmelpennink heeft niet het eeuwige leven, de winkel draait minder goed, een overname-perspectief is er niet – zo schrijft hij in zijn afscheidsbrief. Hij wil het niet te treurig maken, want ‘hoezeer waren het vijfentwintig gelukkige jaren’. Ton kijkt uit naar nieuwe mogelijkheden en die wens ik hem samen met Marjan van harte toe! Als slotakkoord komt er nog een dubbeldikke afscheidsbode, waarvoor ik onderstaand stukje schreef:

Palaces for the people, zo noemde de staalmagnaat Andrew Carnegie bibliotheken, en hij stichtte er 2800, verspreid over de wereld. Als immigrantenkind waren bibliotheken voor hem een toevluchtsoord, en hij wist geen betere manier om zijn geld te besteden dan jonge mensen toegang te geven tot de boekenwereld. Talloze boeken zijn er over volgeschreven, over bibliotheken die de horizon van jonge mensen verbreedden – Oliver Sacks, Anil Ramdas, om een willekeurig tweetal te noemen. Boeken, boekwinkels en bibliotheken hebben veel concurrentie gekregen van het internet, maar de aantrekkingskracht van een papieren boek gaat verder dan een romantische nostalgie. Je kunt er gemakkelijk in bladeren en schrijven, je hebt er meer overzicht, je kunt er je neus in steken.

In 2018 verscheen Palaces for the People, geschreven door Eric Klinenberg. In het laatste hoofdstuk schrijft hij een lofzang op boekwinkels en geeft hij een autobiografisch schetsje aan de hand van de boekwinkels die hij in de loop van zijn leven bezocht. Vanaf de boekwinkel waar hij met zijn ouders naartoe ging, tot en met de winkels waar hij samen met zijn eigen kinderen boeken ging keuren en kopen. In een ander recent boek, The Library Book (2018), herinnert Susan Orlean zich de heerlijke bezoeken die ze samen met haar moeder aan de plaatselijke bibliotheek bracht. Daar ontstond haar liefde voor boeken, voor bibliotheken en later ook voor boekwinkels.

Klinenberg en Orlean zouden zich in Boekhandel Schimmelpennink helemaal op hun plaats hebben gevoeld. Op een gewone werkdag met Ton achter de computer, op een zonnige namiddag met Ton en Marjan op de stoep, op zaterdagmiddag met de wijn op tafel. Mijn moeder en ik gebruikten de winkel als tussenstop, onderweg naar mijn broer of naar de kapper. Een kopje thee stond er altijd klaar. Bij de presentaties van het Vmbo als stigma (2010) en van Gewoon werk (2014) vonden Ton en Marjan geen moeite te veel: de boeken aan de kant, geen zorgelijkheid over wijn en kaas, wat toch onmiskenbaar vloekt met boeken. De vele bestellingen per mail – ‘Okidoki Rineke!’ Tons knorrige commentaar op boeken die hem niet zinden, die hij liever niet wilde verkopen. Tons ruimhartigheid toen hij op een steenworp afstand concurrentie kreeg van boekhandel Schreurs en De Groot. Vanaf dat moment noemde Ton de Weteringschans De Boekenschans, en bij de opening van de buurwinkel hield hij een welkomstpraatje.

Het waren vijfentwintig gelukkige jaren, inderdaad. En dat is een pleister op de wonde. Maar toch, het is voorbij, voorgoed voorbij.

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s